Op zoek naar de Nieuwe Jezus – deel 3

Op zoek naar de Nieuwe Jezus

Deel 3
 
‘Zo, dat mietje ligt eruit. Nog twee would-be messiassen te gaan.’
‘Jeetje, wat duurt dat lang voordat ze eindelijk eens bekendmaken wie er doorgaan en wie niet.
Dat is toch niet leuk meer.’
‘Tja, dat is nou de lijdensweg van Christus.’
‘Ik vind het zielig voor die jongen die weg moet.’
‘Ach, niets zielig, dat weten ze van tevoren hoor. Ze hóeven toch niet mee te doen.’
‘Wist jij al dat hij af zou vallen?’
‘Ja.’
‘En hijzelf?’
‘Nee, natuurlijk niet. We willen wel een beetje authentieke emoties.’
 
‘En nou wordt z’n afgang ook nog gevolgd door een cameraploeg.’
‘Surprise, surprise…., er zitten ook nog twee cameraatjes in z’n kleedkamer.’
‘Weten ze dat?’
‘Het staat in de kleine lettertjes.’
 
‘Effe pissen. Schenk jij nog wat te drinken in?’
 
‘Hey, het beeld gaat op zwart.’
‘Wat??’
‘Storing.’
‘Storing? Probeer eens een ander net.’
‘De andere netten doen het wel.’
‘Kut. Ze gingen net die truc doen met die broden.’
‘Broden?’
‘Ja, iets met broden en vissen. Met die goochel-nicht erbij.
Dit is niet lachen, ik ga even bellen.’
 
 
‘Hey’
Wat??
In de kleedkamer? 
Neee!
Kut. Staat het op  camera?
Kut!
Met spijkers?
Jezus, wat een klootzak!
 
Oke. Bel me als je meer weet.’
 
 
‘Wat is er gebeurd?’
‘Die eikel, die eikel die eruit ligt, heeft zich in z’n kleedkamer geprobeerd van kant te maken.
Kon niet tegen z’n verlies. Hij liep te schreeuwen dat ‘ie wél de ware was.’
‘Jemig, wat heeft ‘ie gedaan?’
‘Hij heeft geprobeerd zichzelf te kruisigen.’
‘Kruisigen! Tjezus, is hij dood?’
‘Nee. Hij wordt naar de intensive care gebracht.
Letsel aan z’n voeten en één hand.
Die laatste spijker lukte hem natuurlijk niet. Sukkel.’ 
 
‘Jezus, wat erg!’
‘Ja, zeg dat wel… een heel format naar de knoppen.’
‘Format?? Man, weet je wel wat jullie zo’n jongen aandoen?’
‘Wat wij hem aandoen? Dat doet ‘ie zelf hoor!
Wat een klootzak… Twee jaar werk naar de kloten.’
 
‘Jezus man, wat ben jij erg. Rot toch op met je format.’
‘O ja!? Nou, flikker jij dan lekker zelf op naar je familie!’